In Vlaanderen werken 18,000 vrouwen in onze landbouw, waarvan 16% als bedrijfsleidster. Vaak staat de man formeel geregistreerd als bedrijfsleider maar heeft de vrouw evenveel in de pap te brokken. Achter elke sterke boer staat een nog sterkere boerin. Zijn hun handen altijd even zacht? Is vrouw zijn een voordeel in het vak, wanneer en hoe rusten ze uit? Hoe combineer je het boerenleven met een gezin? We stelden enkele boerinnen uit het netwerk van Boeren & Buren deze vragen.
HEIDI POPELIER, HEIDI’S HOEVE EIEREN, PITTEM
Als oudste van drie is Heidi zelf opgegroeid in een tuinbouwbedrijf dus was het landelijk milieu haar niet vreemd. Ook haar schoonouders hadden een klein pluimveebedrijf met moederdieren (broedeieren).
“Wij hadden niet echt de intentie om in de landbouwsector een toekomst uit te bouwen. Alhoewel de idee van ooit iets zelfstandig te beginnen altijd in ons achterhoofd is blijven hangen. Het was me ook met de paplepel meegegeven: je eigen dagritme bepalen, iets opbouwen van je zelf, gedreven om iets te creëren. Toen mijn schoonvader in 1995 plots kwam te overlijden heb ik beslist om het pluimveebedrijf verder uit te bouwen en om over te schakelen naar legpluimvee (consumptie-eieren).”
Het is nog steeds een familiebedrijf en via de korte keten proberen ze nu een deel van hun eigen eitjes naar de consument te brengen. “Het is een gezond, veelzijdig en dagvers product dat in geen enkele keuken ontbreekt. Wij hechten veel belang aan diervriendelijkheid en produceren dan ook enkel eitjes van scharrelkippen en kippen met vrije uitloop.”
Het zware werk is haar enigszins gespaard gebleven, aangezien ze geen land moeten bewerken. Het meeste werk speelt zich af tussen de kippen en in de sorteerruimte, en Heidi runt haar bedrijfje alleen met nog wat hulp van haar vader. Haar man Nick, bio-ingenieur van opleiding, is zelfstandig in de champignonsector en in de schaarse vrije tijd die hij heeft, springt hij bij op het bedrijf.
“De meeste landbouwbedrijven worden inderdaad uitgebaat door de landbouwer en zijn echtgenote, alhoewel daar ook al veel verandering is in gekomen. Alles is afhankelijk van het soort landbouwbedrijf. Maar het is perfect mogelijk dat één van de partners een andere job ambieert en dit eventueel combineert.”
Net zoals ze haar kippen als een echte Hen verzogt, legt Heidi ook evenveel zorg in de marketing van haar product. Ze noemt het haar vrouwelijke touch op het bedrijf: ze staat op de Buurderij van Izegem waar ze het contact met de Buren erg belangrijk vindt. Daarnaast verhandelt ze haar dagverse eitjes ook aan bakkers, horeca, traiteurs en voedingswinkels. Zo heeft ze bijvoorbeeld een eierdoosje laten ontwerpen waar ze tussen haar kippen staat afgebeeld. Zo wilt ze de nadruk leggen op het feit dat de eitjes rechtstreeks van de hoeve komen, kakelvers en puur natuur zijn.
Dit vraagt natuurlijk veel werk. “Het is een kwestie van organiseren en tijd incalculeren voor het gezin,” vertelt ze. “Het is 7 dagen op 7 in functie van het bedrijf en vooral van het welzijn van de kippen. Onze dochters zijn het van kleins af aan gewend dat mama altijd wel ergens tussen de kippen of de eieren zit. Ik ben misschien wel van 08:00 tot 18:00u bezig op het bedrijf, maar ik ben nooit ver uit de buurt als er iets is of als ze me nodig hebben. Het enige waar we nog van dromen, is om er eens een weekje tussenuit te gaan met gans het gezin, maar met dieren is dat bijna onmogelijk!”
Tenslotte vragen we Heidi hoe ze naast de zorg voor haar kippen en haar gezin, tijd maakt voor zichzelf: “Tijd om te sporten is er helaas niet bij, maar ik denk dat ik op een dag wel aan mijn kilometers kom! Ik probeer gezond te koken en een bezoek aan de kapper is voor mij een moment van ontspanning. Zachte handen heb ik al lang niet meer! Maar mijn tube handcrème staat altijd in de buurt ! En ook al ben ik misschien een zelfstandige vrouw, een schouderklopje en een blijk van waardering voor ons product en onze job doet me nog altijd groeien!”
PETRA, VLEESHOEVE IN’T ROTH, DIEST
Petra heeft samen met haar man die een gesloten varkensbedrijf had, het melkveebedrijf van zijn ouders overgenomen. Kok van opleiding heeft ze zo haar twee passies weten te combineren.
“Zo kwamen we op het idee om een hoevewinkel te starten: we hebben Belgisch witblauw en verkopen pakketten vlees en klaargemaakte gerechten, ook op de Buurderij in Diest. Ik ben zelf niet van boerenafkomst maar ik heb alles zelf geleerd en van op afstand bekeken. Ik zorg dat al het organisatorische op het bedrijf goed verloopt, dat is mijn vrouwelijke aanpak.” vertelt ze al lachend.
Petra werkt van woensdag tot en met zaterdag in de hoevewinkel en verzorgt de dieren op de andere dagen, dat zijn haar ‘rustdagen’. “Ik vind het enorm fijn om met de dieren te werken, dat brengt me echt tot rust. Op dinsdag maak ik dan alle bestellingen klaar.” Het is duidelijk dat Petra graag met haar dieren bezig is, maar hoe zorgt ze dan voor zichzelf, vroegen we haar. “Ik probeer één keer per maand met een vriendin af te spreken en dat is eigenlijk genoeg. Ik haal veel rust uit de boerderij en het is mooi combineerbaar met m’n gezinsleven. We hebben immers twee kinderen die ook meewerken op het veld.”
Tenslotte verhult ze ons haar geheim om haar handen mooi en zacht te houden: dagelijks dagcrème smeren!
TINNEKE DE SCHUTTER, ZUIVELPRODUCENTE IN BUURDERIJ DE ROMA
Wanneer we Tinneke willen spreken, stemmen we onze afspraak af naargelang de uren waarop ze haar koeien moet melken. “Ik bel je nu even op, voor ik terug naar m’n koeien moet,” lacht ze aan de telefoon. Ze is al vroeg aan het werk op het zuivelbedrijf van haar vader waar ze een hoevewinkel startte. Ze behaalde een doctoraat, reisde de wereld rond maar besloot toch terug te keren naar waar het allemaal begon.
Tinneke koos ervoor om in de voetstappen van haar vader te stappen, het was de liefde voor het vak, ze wou de mensen tonen wat ze allemaal met die melk kan maken: boter, platte kaas… Ze melken twee maal per dag, zeven dagen op zeven. “Dit is geen nine-to-five job, de koeien worden ‘s ochtends en ‘s avonds gemolken, ook in de weekends, en als ik naar de Buurderij moet dan neemt m’n familie al eens over.”
“Mijn dochtertje neem ik gewoon mee, maar ik probeer wel om soms eens langer samen aan tafel te blijven zitten. Het is ook belangrijk om het contact met m’n goeie vriendinnen te onderhouden. Als mama én als zelfstandige is het niet altijd gemakkelijk en niet iedereen verstaat dat even goed. Ik heb zo al vriendinnen verloren. Maar de meesten weten mij hier wel zitten, dan komen ze gewoon binnen,” vertelt ze opgewekt.
Comments